donderdag 25 juni 2009

aanschaf

De aanschaf
Grasparkieten koopt u in de dierenwinkel of rechtstreeks bij een kweker. Ze zijn over het algemeen niet duur: voor ongeveer 10 tot 15 Euro koopt u zo’n fraai gekleurd vogeltje. Er zijn echter wel prijsverschillen en zeldzame kleurslagen kunnen de prijs zeker verhogen. Over het algemeen is het goedkoper om een parkiet rechtstreeks bij de (hobby)kweker te kopen. Kijk voor u de parkiet aanschaft, of deze er gezond uitziet. Let met name op de uitwerpselen van de vogel. Er mogen geen restanten uitwerpselen aan de staart kleven en controleer tevens of het verenpak in orde is. De ogen dienen helder te staan en mogen niet ontstoken zijn.

Een of twee parkieten?
Parkieten zijn van nature echte groepsdieren. Het is daarom beter om een koppeltje te nemen. Het geslacht maakt niet zo veel uit, zolang ze maar een “maatje” hebben. Volwassen mannetjesparkieten herkent u aan een blauwkleurige washuid boven de snavel, popjes (vrouwtjes) hebben een roze tot bruine washuid. Bij sommige kleurslagen kleurt de washuid echter niet, en bij hele jonge vogels is het onderscheid in geslacht bijna niet te maken omdat de washuid bij beide sexen nog roze is. Als een grasparkiet 4 maanden oud is, is hij of zij volwassen. De golftekening boven op het kopje (wat kenmerkend is voor een jonge vogel) verdwijnt rond die tijd na de eerste rui. Grasparkieten zijn monogame dieren: ze kiezen een partner voor het leven. Mocht u besluiten om slechts één parkiet te nemen, bedenk dan goed dat u veel aandacht aan de vogel zult moeten besteden om het gemis aan een soortgenoot te compenseren. Tevens is het prettig voor een solitair gehouden grasparkiet als u veel thuis bent, zodat uw gevleugelde vriend(in) niet het grootste deel van de dag alleen zit. Geef uw parkieten ook wat speeltjes in de kooi, dit voorkomt verveling. De meeste dierenwinkels hebben een uitgebreid assortiment speelgoed speciaal voor grasparkieten.

Croky, ongeveer 2 maanden oud en heeft nog zijn “jeugdkleedKinderen en grasparkieten
Deze kleurige, levenslustige vogeltjes oefenen een enorme aantrekkingskracht uit op kinderen. Grasparkieten zijn echter fragiel en kwetsbaar. Een vleugeltje of pootje is immers snel gebroken. Het inzicht in deze kwetsbaarheid moet een kind onvoorwaardelijk hebben, alvorens we het de zorgen voor de grasparkiet kunnen toevertrouwen. Vanaf een jaar of zeven zijn ze echter heel goed in staat om onder supervisie van een volwassene hun gevleugeld vriendje te verzorgen. Bedenk wel: een goede verzorging is essentieel voor een gezonde parkiet!

Voeding en verzorging:
Over het algemeen zijn parkieten gezonde dieren, en als huisdier zijn deze kleine kromsnavels gemakkelijk te houden. Ze hebben niet veel voedsel nodig en de maandelijkse kosten hiervoor zijn dan ook niet hoog. Parkieten eten hoofdzakelijk zaden, aangevuld met eivoer en dagelijks een klein stukje fruit (appel, sinaasappel, peer, banaan) of groenten (gekookte sperzieboon, witlof, broccoli). Een goed merk parkietenzaad is XtraVital super premium van Beaphar. Dit is een compleet zaadmengsel aangevuld met eivoer, vitaminen en mineralen. Ook zijn er speciale pellets voor grasparkieten te koop, hetgeen een uitstekend alternatief is. Als aanvulling op het menu geven we grit en als “snackje” een sliertje trosgierst per week. Ook een klein beetje fijngemaakte beschuit wordt gewaardeerd. Een tak van een fruitboom of wilg in de kooi wordt door parkieten ook als prettig ervaren: ze kunnen er lekker aan knabbelen en dat is goed voor de snavel. Wel is het belangrijk dat deze tak vrij is van bestrijdingsmiddelen. Hoewel grasparkieten niet veel drinken is het noodzakelijk dat ze altijd vers drinkwater tot hun beschikking hebben.

Parkieten huizen bij voorkeur in een ruime metalen kooi met horizontale spijlen. Dit laatste is belangrijk, omdat deze vogels van nature graag klimmen. Plaats de kooi op een centrale plaats in de huiskamer, het liefst op ooghoogte. Belangrijk is de kooi niet vlak bij een openslaande deur of raam te plaatsen. Tevens dient u er rekening mee te houden dat het een tochtvrije plaats moet zijn. Parkieten zijn zeer gevoelig voor tocht en kunnen daaraan overlijden.

Deze foto van het nestje jonge parkieten is afkomstig van de website  “kippenchat” http://kippenchat.free.fr/Sommige grasparkieten nemen graag af en toe een bad. Een badhuisje (te koop bij de dierenwinkel) kunt u aan de kooi bevestigen. Niet alle grasparkieten vinden dit echter prettig, in dat geval kunt u de parkiet af en toe met een plantenspuit besproeien; de fijne waternevel is goed voor de conditie van het verenpak. De parkietenkooi (inclusief voerbakjes, badje, zitstokken en speeltjes) dient minimaal 1 x per week grondig schoongemaakt te worden, en het schelpenzand op de bodem van de kooi moet geheel vervangen worden.

Enkele tips:
  • Zet een vogelkooi nooit in de keuken: een parkiet kan erg slecht tegen de dampen die nu eenmaal vrijkomen tijdens het bakken en braden.
  • Als u gaat gourmetten, zet dan de parkiet voor alle zekerheid in een andere ruimte. Dampen die vrij kunnen komen tijdens extreme verhitting van Teflon zijn uiterst giftig voor de vogel.

    Hoe oud wordt een grasparkiet?
    Bij een optimale verzorging kunnen parkieten behoorlijk oud worden. Gemiddeld leven ze in gevangenschap een jaar of zeven. Tien jaar of meer is echter geen uitzondering, er zijn zelfs parkieten die ouder zijn dan 15 jaar!

    Karaktereigenschappen:
    Grasparkieten zijn van nature zeer sociale dieren en voelen zich prettig in een gezellig huishouden. Deze vrolijke diertjes hebben een opgewekt karakter en kwetteren volop. Als u voor meerdere parkieten kiest zult u er rekening mee moeten houden dat ze wel flink wat geluid kunnen produceren. Grasparkieten zijn goed handtam te maken, en kunnen het niet alleen uitstekend vinden met soortgenoten, maar ook met agapornissen en valkparkieten kunnen ze over het algemeen goed samen. Wel is het belangrijk dat u in dat geval zorgt voor een zeer ruime kooi. Indien u een parkiet tam wilt maken, kies dan voor een jonge vogel, die pas uitgevlogen is. Wel is het belangrijk dat het kuikentje al zelfstandig kan eten! Sommige tamme parkieten zullen de menselijke spraak nabootsen. De meeste parkieten begrijpen de betekenis van de woorden niet, maar er zijn uitzonderingen. Sommige kromsnaveltjes zijn wel degelijk in staat om associaties te leggen.

    Parkieten en andere huisdieren:
    Het is niet aan te bevelen indien u katten heeft, om vogels te houden. Dit is vragen om problemen. Het laatste geldt ook voor slangen, dit zijn natuurlijke vijanden van de grasparkiet. Met honden kunnen parkieten wel samen, maar het blijft opletten! Laat een hond nooit met een losvliegende grasparkiet alleen in een ruimte! Heeft u vissen, zorg dan dat de parkiet niet in het aquarium kan vliegen of vallen. (Verdrinkingsgevaar!)

    Wat mag de parkiet beslist niet hebben:
    Chocolade, koffie en thee (deze voedingsmiddelen bevatten giftige stoffen voor de parkiet). Chips en eigenlijk alle voor mensen bestemde snacks zijn zeer slecht voor uw gevleugelde vriend, mede vanwege het hoge vet- en zout gehalte.
    Suiker is eveneens slecht.
    Alcohol is absoluut verboden: laat een grasparkiet nooit bier of wijn drinken!

    Voor grasparkieten giftige fruitsoorten:
    Avocado is erg giftig voor uw kromsnaveltje. Geef dit nooit, uw vogel kan er aan sterven!

    Kamerplanten:
    Indien uw grasparkiet af en toe vrij door de kamer mag vliegen dan dient u er rekening mee te houden dat sommige planten uiterst giftig zijn voor deze vogels. Een lijst van giftige kamerplanten kunt u vinden op de “Parkieten-Freak” website.

    Tabak:
    Houd volle asbakken ver weg van uw kromsnaveltje. Zowel de as als de tabak zijn toxisch voor uw vogel.

    De foto van Milo (de witte grasparkiet) is afkomstig van Twan en Jolanda’s parkietenwebsite.  http://members.chello.nl/~a.vanderkruijsMet vakantie: wat nu?
    Het is handig om iemand in uw omgeving te zoeken, (het liefst voordat u een parkiet aanschaft!) die bereid is voor uw vogel(s) te zorgen tijdens de vakantieperiode of tijdens ziekte. Het is altijd fijn om te weten dat iemand de verzorging direct van u over kan nemen, indien nodig. Laat een solitair gehouden parkiet niet alleen in huis als u langer dan 1 dag weggaat. Een tijdelijk logeeradres is voor de vogel veel prettiger, uw parkietje krijgt dan immers bij zijn gastgezin de aandacht die hij of zij zo nodig heeft. Instrueer de tijdelijke verzorgers goed omtrent de verzorging van de vogel: maak eventueel een lijstje van wat wel en wat niet mag. Laat ook altijd een adres en telefoonnummer achter van een dierenarts.
  • fotos

    http://www.lataire.be/IMG/grasparkiet.jpghttp://www.kattenspul.nl/archief/parkieten1.jpghttp://home.planet.nl/~jelhar/foto/alles1.jpg

    voeding

    De voeding

    Het basismenu van de grasparkiet bestaat voor een groot deel uit zaden. Er zijn speciale zaadmengsels voor grasparkieten in de handel. Deze mengsels bevatten voornamelijk milletzaden, gierst en haver. Deze basis voeding bevat noodzakelijke stoffen, zoals koolhydraten, eiwitten, vitaminen en mineralen. Geef per dag een afgepaste hoeveelheid parkietenzaad, indien u teveel geeft loopt u kans dat de parkiet alleen maar de lekkerste zaadjes eruit gaat pikken, en de minder lekkere zaden laat liggen. Daarnaast is het ook goed om dagelijks wat eivoer te verstrekken. Eivoer is te koop in kleine pakjes, maar u kunt het ook zelf maken.
    Ook een kalksteen mag niet in de kooi ontbreken, het bevat kalk en fosfor. Het knabbelen aan deze steen is goed voor de snavel, deze wordt dan wat aangescherpt.
    Tip: hang de kalksteen niet te hoog in de kooi. De kans bestaat dat de vogel in het midden van het blokje gaat knagen. Een deel van de steen kan dan naar beneden vallen en op het kopje van de parkiet terechtgekomen.
    Grit is noodzakelijk voor een goede spijsvertering. Schelpenzand bevat grit, maar het is ook los te koop.
    Uiteraard moet de parkiet ook kunnen beschikken over vers drinkwater.

    Groente en fruit

    De grasparkiet mag elke dag een klein stukje fruit of groenvoer hebben. Groenten en fruit moeten heel goed gewassen worden, dit in verband met aanwezige pesticiden. In principe mogen ze alle fruitsoorten hebben behalve avocado! Deze fruitsoort bevat voor een grasparkiet giftige stoffen.
    Groenten vindt de parkiet ook lekker: wortel, een gekookte sperzieboon (zonder zout!), broccoli, blaadje andijvie enz. Sla wil echter bij sommige vogels nog wel eens waterige ontlasting teweeg brengen maar dit is geen diarree. Rabarber bevat een giftige stof voor grasparkieten (calcium oxalaat) niet geven dus! De vogel geeft verder vaak zelf aan wat hij of zij lekker vindt.
    Een tip die ik van een lezeres ontving: geef ook eens (vooraf goed gewassen) loof van worteltjes!

    XtraVital super premium zaad

    Dit zaadmengsel is ontwikkeld in samenwerking met dierenartsen, nutritionisten en vogelexperts. Het is een complete, uitgebalanceerde maaltijd voor uw grasparkiet. XtraVital is samengesteld uit 17 tot 30 verschillende soorten zaden. Ook eivoer is toegevoegd, evenals diverse mineralen en echinecea om de weerstand van de vogels te versterken. Het is goed te doseren: een maatschepje wordt bijgeleverd!

    Pellets

    Tegenwoordig zijn er pellets voor grasparkieten te koop. Deze pellets hebben een uitgekiende samenstelling, die op de behoefte van de grasparkiet is afgestemd. Daarnaast kunt u de vogel een kleine hoeveelheid groente en fruit geven en af en toe een klein stukje kaas.

    Opmerking:

    Volgens dierenarts Anton Beijer van Dierenkliniek "de Toren" zijn pellets de beste voeding voor uw grasparkiet. Het bovenstaande basismenu aangevuld met groenten en fruit is ook goed, mits van alles voldoende gegeten wordt!

    Lekkere hapjes

    Bij de dierenwinkel is volop trosgierst te koop. De meeste vogels zijn er dol op maar geef niet meer dan een halve sliert per week. De zaden erg vet zijn en bevatten weinig voedingsstoffen.
    Verder kunt u nog wat beschuitkruimeltjes geven als "snackje". Ook een paar druppeltjes biogarde yoghurt vinden de meeste parkieten erg lekker. Een klein stukje kaas of gekookt vlees (1 x per week) wordt ook erg gewaardeerd!

    Wat u nooit moet geven

    Alle snacks, etenswaar en dranken die voor menselijke consumptie bestemd zijn.

    Dus geen chips, koekjes, ijs, alcohol houdende dranken, chocolade e.d.
    Chocolade, koffie en Coca-Cola zijn een waar vergif voor uw vogel. Het bevat naast coffeïne ook theobromine. Laatstgenoemde is een zeer sterk werkende stof, die rechtstreeks op het hart werkt. De concentraties in chocolade en koffie zijn dermate hoog voor een vogellichaam, dat dit vragen om problemen is. Symptomen van een theobromine vergiftiging zijn: braken, diarree, hartritmestoornissen en hyperactiviteit.

    Suikerhoudend voedsel is eveneens slecht omdat de vogels er een verzuring van de krop, of maag- darm infecties van kunnen krijgen. In al deze gevallen wordt de parkiet ziek, of krijgt minimaal een slechtere conditie.

    Zout, o.a. in chips, is eveneens slecht voor uw kromsnaveltje. Een vogellichaam kan deze hoeveelheden zout niet "aan", hetgeen uiteindelijk kan resulteren in nieren die niet meer of slecht werken, met alle gevolgen van dien.

    Alcohol is funest voor een vogel. Niet alleen zijn er vogels verongelukt door "vliegen onder invloed", ook alcohol gebruikt om wondjes te ontsmetten wordt door het vogellichaam opgenomen. Niet zelden ontstaan hierdoor vergiftigingsverschijnselen, zoals slechte coördinatie en braken. Een glaasje rode wijn is gezond voor een mens, voor onze gevederde vrienden geldt dit echter niet!
    Zorg ook dat tabak buiten het bereik van de parkiet blijft!


    tam

    De grasparkiet en de verzorger

    Hoe jonger de vogel des te makkelijker is het om hem of haar tam te maken. Ideaal is een net uitgevlogen grasparkiet mits hij of zij zelfstandig kan eten. Tam maken gaat niet vanzelf. Je hebt een flinke dosis geduld nodig, veel vrije tijd, en inlevend vermogen in de vogel. Je zult het vertrouwen van het jonge parkietje moeten winnen, maar je krijgt er iets moois voor terug: een echte gevleugelde vriend of vriendin!

    De eerste dagen: handtam maken in de kooi

    Na de aankoop van je nieuwe huisgenoot, zet je de kooi op een plaats waarvandaan het vogeltje alles goed kan overzien. De parkiet zal wat bang zijn, of misschien stil in een hoekje gaan zitten. Eten doet hij nog niet meteen; alles is immers nieuw. Strooi daarom de eerste week wat parkietenzaad op de bodem van de kooi. Praat zachtjes tegen de vogel als je langs de kooi loopt, en noem hem bij zijn naam.
    De tweede dag ga je voorzichtig met je hand in de kooi terwijl je zachtjes tegen hem praat (let op dat de vogel niet ontsnapt!). De vogel zal met fladderen reageren. Belangrijk is dat je je hand niet terugtrekt. Parkieten zijn heel goed in staat om te associëren: als fladderen terugtrekken van jouw hand tot gevolg heeft, zal de vogel de volgende keer ook weer gaan fladderen. Pas wanneer de parkiet weer rustig is haal je je hand uit de kooi. Deze oefening kun je een keer of zes per dag doen.
    Prijs de vogel elke keer uitbundig wanneer hij iets goed doet. Wordt vooral niet boos als het niet meteen wil lukken. Je moet het vertrouwen van de vogel winnen, daar is tijd en geduld voor nodig. De derde en vierde dag doe je hetzelfde. Waarschijnlijk zal er al wat minder paniek in de kooi uitbreken. Blijf dit meerdere malen per dag herhalen totdat de parkiet rustig blijft zitten wanneer je met je hand in de kooi komt.
    Als dit gelukt is ga je over tot de volgende fase: probeer de parkiet op je vinger te laten plaatsnemen. Dit gaat op dezelfde manier als hierboven beschreven, alleen neem je nu een stukje trosgierst in de hand en presenteer je dit aan de parkiet. Binnen enkele dagen zal de vogel op je vinger gaan zitten om van het lekkers te gaan snoepen. Blijf de vogel prijzen als hij iets goed doet! Als ook dit allemaal lukt, wordt het tijd voor de volgende fase!

    Vliegen in de huiskamer

    Als het moment aangebroken is voor je nieuwe huisgenoot om zijn eerste verkenningsvlucht door de kamer te gaan maken, moet je vooraf enkele maatregelen nemen om ongelukken te voorkomen:

    • Sluit ramen en deuren
    • Doe vitrage of overgordijnen helemaal dicht!
    • Zorg dat er geen kaarsen branden in de kamer
    • Zet schalen, vazen of pannen uit de kamer
    • Open keuken: zorg dat de kookplaat is afgekoeld
    • Loslopende huisdieren moeten uit de kamer
    • Verwijder giftige kamerplanten!

    Als de kamer "veilig" is, is je kromsnaveltje klaar voor zijn eerste vlucht door de huiskamer.
    Neem een stukje trosgierst in je hand, laat de vogel opstappen en haal hem uit de kooi. Zijn eerste vlucht zal onwennig zijn, hoog fladderend raken de vleugeltopjes het plafond en onwennig zal hij ergens neerstrijken. Loop rustig naar hem toe en praat tegen hem. Probeer na enige tijd of je de vogel kunt lokken met een stukje trosgierst. Raak niet in paniek als dit niet lukt. Ga nooit achter de vogel aanjagen omdat hij weer terug in zijn kooitje moet. De vogel wordt dan onnodig bang gemaakt en dat zal hij niet snel vergeten. Als hij niet bij je wil komen, laat hem dan rustig zitten. Je kunt hm ook zijn kooitje (met open deurtje) voorhouden. Vaak stapt de parkiet daar vrij gemakkelijk in.
    Na enkele dagen zal de parkiet zelf zijn kooi in- en uitvliegen en je hebt een grote kans dat hij ineens boven op je hoofd of schouder landt. Loop er mee door de kamer en praat tegen hem. Vanaf dat moment is je vogel tam en kunt je spelletjes met hem gaan doen of spraakles gaan geven.
    Je kunt vitrage of overgordijnen tijdens het losvliegen elke dag een klein stukje verder openschuiven, de parkiet zal op die manier zijn grens leren kennen en niet meer tegen het glas vliegen.

    Een tip van lezers Marga Hoogendoorn:

    Ik heb nog een kleine tip voor jonge vogels.
    Wanneer ze leren vliegen kunnen ze overal tegenaan botsen. Ze zien nog niet meteen de juiste diepte en hun landingsgestel is nog niet perfect gecoördineerd. Ik laat mijn pietjes pas in de avond oefenen, wanneer het donker is. Ik laat ze los in de huiskamer of mijn werkkamer, maximaal 2 tegelijk en zorg dat er voldoende takken of andere niet te gladde dingen als landingsplaats dienen. Ik heb één spot in de buurt aan staan, zodat ze ter plaatse goed licht hebben. Verder geen omgevingslicht. Als ze dan gaan fladderen blijven ze zoveel mogelijk in de buurt van de kooi en kunnen ze wat oefenen zonder dat ze direct tegen een raam aanvliegen. Zodra ze wat evenwichtsgevoel hebben hang ik stevige plastic (kinder) kapstokken (waar je ook pantalons aan kunt hangen) op. Als ze die gaan uitproberen krijgen ze een optimale balans en je ligt zelf ook in deuk van het lachen! Ik heb de kapstokjes een keertje op de zaterdag markt gekocht.

    Spelen met de grasparkiet

    Op het moment dat je met een huisgenoot aan tafel zit, kun je zachtjes een netballetje naar elkaar toerollen. Zorg dat dit onder de aandacht van het parkietje gebeurd, je vogel leert namelijk van hetgeen hij ziet. Doe dit spelletje een paar minuten per dag en na enige tijd leert de parkiet om het balletje naar u toe te rollen.
    Vaak zie je dat vogels ook spelen met paperclips, wat grotere knoopjes e.d. Ze vinden het prachtig om deze uit een bakje te halen en op de grond te gooien!
    Je kunt ook iets lekkers verstoppen onder een omgekeerd eierdopje. (De parkiet moet vooraf dit lekkers wel zien!) Je neemt een tweede (leeg) eierdopje en schuift de dopjes door elkaar over tafel. De parkiet moet kiezen onder welk eierdopje het lekkers ligt. Om het moeilijker te maken, kunt je er een derde eierdopje bijzetten.

    Praten....of niet?

    Niet iedere parkiet leert praten. De ene parkiet doet het wel, de andere zal het niet doen.
    Het maakt niet uit of u een mannetje of een vrouwtje heeft; beide seksen zijn in principe evengoed tot praten in staat.
    Wel schijnt het zo te zijn dat parkieten die graag kwetteren en geluidjes maken sneller tot praten in vergelijking met de wat stillere soortgenoten. De parkiet begrijpt meestal niet wat hij zegt. Hij bootst voornamelijk de klanken na. Wel is het zo dat bepaalde woorden associatiës oproepen met bepaalde dingen. Als je bijvoorbeeld altijd "badje" zegt als de parkiet lekker onder de plantenspuit gaat, zal de vogel het woord "badje" gaan verbinden met "besproeid worden".
    Om een parkiet te leren praten kun je hem het beste op een rustig moment van de dag op je vinger zetten en dicht bij je mond houden. Begin met een kort zinnetje waarbij je de klemtoon legt op het woordje dat je hem wilt leren: zijn of haar naam bijvoorbeeld. Een voordeel van de methode met korte zinnetjes is dat het minder monotoon is voor de kromsnavel, dan wanneer je steeds één en hetzelfde woordje herhaald. De aandacht van de parkiet kan hiermee iets langer vastgehouden worden. Blijf deze woordjes gedurende enkele minuten herhalen, articuleer duidelijk en spreek langzaam. Probeer dit meerdere malen per dag te doen.
    Na verloop van tijd zal de vogel dit korte zinnetje of woordje nazeggen. Daarna kun je de woordenschat uit gaan breiden. Je zult ook merken als de parkiet eenmaal praat, dat hij ook woorden of zinnetjes gaat zeggen die je hem nooit geleerd hebt!
    Ook kan het zijn dat je parkiet andere geluiden oppikt zoals het piepen van een deur of lachen en hoesten.
    Leer je parkietje niet vloeken. Het kan je in verlegenheid brengen en eenmaal aangeleerde woorden zijn moeilijk af te leren.

    ziektes

    De zieke grasparkiet

    Het is voor vogelhouders niet altijd gemakkelijk om een zieke vogel te herkennen.
    Vogels zullen van nature altijd proberen om hun "ziek zijn" te verbergen. Een ziek of zwak dier is immers een makkelijke prooi voor roofdieren.
    Pas als de vogel erg ziek is zult je als verzorger merken dat er iets niet in orde is.
    Op de bovenstaande foto zie je een voorbeeld van grasparkiet Lollie die ernstig ziek is. Als je je vogeltje zo krachteloos op de bodem van de kooi aantreft, moet je onmiddelijk naar de dierenarts.
    Een zieke vogel geeft echter wel een paar alarm signalen af, die je in een vroeger ziektestadium op het juiste spoor kunnen zetten.

    Let daarbij met name op de volgende verschijnselen:

    • - De vogel eet en/of drinkt niet
    • - Hij zit met opgezette veren op 2 pootjes
    • - De parkiet slaapt op 2 pootjes
    • - Uw parkiet praat en/of kwettert niet meer
    • - De ontlasting is waterig
    • - Er is sprake van "staartwippen"
    • - De kopveren van de parkiet zijn bevuild door slijm
    • - Er is sprake van evenwichtsstoornissen
    • - De parkiet heeft geen mooie bevedering
    • - De snavel en/of neusdop zien er "poreus" uit
    • - De vogel slaapt meer dan normaal
    • - De vogel heeft geen interesse voor zijn omgeving

    Mocht je één of meerdere symptomen bij je vogel aantreffen, dan is het zinvol om snel naar een dierenarts te gaan. Een vogel die niet eet gaat zeer snel achteruit en heeft minder kans op genezing. Ga bij voorkeur naar een in vogels gespecialiseerde dierenarts. Maak als het even kan nog voor dezelfde een afspraak!

    Wat kun je zelf doen?

    Een zieke vogel heeft eigenlijk in de eerste plaats behoefte aan rust en warmte. Zet hem daarom in een wat donkere omgeving in een aparte kooi, die gemakkelijk gereinigd kan worden. Voor de warmte kunnen we een infrarood lamp gebruiken, die ongeveer 30 cm van de kooi af moet staan op een zodanige manier dat de vogel ook een minder warm plekje kan zoeken in de kooi. Zelf gebruik ik ook wel eens een halogeenlamp om een zieke parkiet warm te houden. Wel leg ik dan eerst een donkere doek over de kooi, zodat de vogel niet in het felle licht zit. (Let er op dat de doek niet te heet wordt). Verder moet er in de kooi altijd voldoende parkietenzaad (of pellets), wat trosgierst en schoon drinkwater aanwezig zijn.
    Laat 's nachts een klein lampje aan, zodat de vogel op elk gewenst moment kan eten of drinken.

    Naar de dierenarts

    Als je met de vogel naar de dierenarts gaat is het belangrijk dat er tijdens het vervoer geen grote temperatuurverschillen zijn. Dek de kooi af met een warme doek of zet de kooi in een grote doos met een warme kruik erbij. Als het buiten erg koud is, moet de auto voorverwarmd zijn!

    Een overzicht van de diverse aandoeningen zie je op deze pagina in het rechter menu.

    broedtijd

    Het broedseizoen

    Het broedseizoen voor grasparkieten in hun natuurlijke omgeving in Australië is afhankelijk van de beschikbaarheid van voldoende voedsel en water, dit zal aan het eind of kort na een regenseizoen zijn.
    Voor de grasparkieten die hier bij ons die in een buitenvolière zitten begint het broedseizoen eind maart - begin april (afhankelijk van het weer) tot september. Mensen die een kweekruimte hebben of waarvan de parkieten binnen zitten hebben de broedomstandigheden zelf in de hand wat betreft de verlichting en verwarming, waardoor er in principe het hele jaar door gebroed kan worden.
    Het wordt aangeraden om je pop niet meer dan twee keer per jaar een legsel te laten hebben. Het is ook niet zo dat u bepaalt wanneer de parkiet wil gaan broeden. Het is niet omdat het broedseizoen is, dat je parkieten er al automatisch klaar voor zijn.
    U moet uw parkieten voorbereiden op het broedseizoen.

    De voorbereiding

    De grasparkieten bereid je voor door eerst te zorgen dat de daglengte overeenkomt met de natuurlijke daglengte aan het begin van een broedseizoen. Dit is ongeveer een 15 uur. Zorg ook dat je vogels goed, gezond, sterk en uitgerust zijn. Geeft kort voor de broedperiode dagelijks eivoer. Zorg ook dat ze voldoende kalk krijgen.
    Breng alle broedkooien en blokken op orde met eventueel een extra schoonmaakbeurt. En als er nog veranderingen aan de broedhokken of blokken of kooien moet gebeuren doe het dan voor je parkieten gaan broeden, zodat je ze niet meer moet storen tijdens het broeden.
    Zorg er ook voor dat je grasparkieten de goede leeftijd hebben om te broeden. Een popje moet minstens 1 jaar zijn en niet ouder dan 5 jaar en met een mannetje kan dat vanaf 10 maanden.
    Als je de goede voorbereidingen hebt gedaan kun je beginnen met broeden.

    Het broeden

    Je parkieten zullen koppeltjes vormen en dan breekt de tijd aan om broedblokken (of nestkastjes) op te hangen.
    De afmetingen van een goed nestkastje zijn 15x15x25 cm met een invlieggat van 4 tot 6 cm diameter.
    Zorg er ook voor dat je één of twee nestkastjes meer hebt dan koppeltjes, om problemen te voorkomen. Parkieten broeden het liefste op een harde ondergrond dus bodembedekking is niet nodig. Wat wel belangrijk is, is een uitholling op de bodem, waarin het popje haar eitjes kan leggen zodat de eitjes niet weg kunnen rollen.
    Als u van in het begin nestcontrole doet, dan wennen de parkietjes daar snel aan en zal het geen problemen geven als je dan even kijkt terwijl ze broeden.
    Na het ophangen van de nestkastje begint ook het paren. Een enkele paring is voldoende om alle eitjes te bevruchten. Of de eitjes bevrucht zijn kun je na een vijftal dagen zien op twee manieren:
    a. Je kan het aan de kleur zien: als de eitjes melkachtig wit zijn, zijn ze bevrucht. Blijven ze roze doorschijnend dan zijn ze onbevrucht.
    b. Je houdt het eitje tegen het licht. Als je dan rode lijntjes ziet lopen in het eitje (dat zijn de bloedvaatjes en het hartje) dan is het eitje bevrucht. Zie je alleen roze doorschijnend dan is het eitje niet bevrucht.
    Het eerste eitje mag je een tiental dagen na de paring verwachten en daarna legt het popje om de dag een eitje.
    Een parkiet legt gemiddeld een vier tot acht eieren per legsel.

    Pas na het leggen van het tweede eitje begint het popje te broeden. Zij broedt dan ongeveer 21 dagen als het eerste kleintje geboren wordt.
    Daarna wordt er net zoals er eitjes gelegd zijn om de dag een kleintje geboren. Je kan de kleintjes al een paar uur voor ze uit het ei komen horen piepen. Na de geboorte van de kleintjes gooien de meeste popjes de lege eischalen gewoon het nestkastje uit (ook daar zijn er uitzonderingen).
    De eerste dagen worden de jongen gevoed door de moeder met kropmelk.
    Kropmelk is een eiwitrijke afscheiding van de kropwand. Na een weekje gaat dan ook het mannetje mee helpen met het voeden van de kuikentjes. En langzaam leren de kuikentjes dan ook om hard voedsel (zaden) te eten en uiteindelijk om geheel zelfstandig te eten.
    Na een viertal weken vliegen de kleintjes voor het eerst uit hun nest, waar ze overigens wel iedere avond opnieuw ingaan om de nacht door te brengen. Na 6 à 7 weken zijn de kuikentjes helemaal zelfstandig en kunnen ze bij de ouders weg.

    Broedproblemen

    Het broeden loopt niet altijd zoals gewenst als hierboven geschreven.
    Er kunnen zich heel wat problemen tijdens het broeden voordoen:

    1. Het popje legt geen eieren:
    Dit kan komen doordat je popje te dik is of niet de juiste voeding heeft gekregen. Of je parkietje is te jong, of ze heeft geen nestgelegenheid.

    2. Het popje legt onbevruchte eitjes:
    Er is geen paring geweest, of door verkeerde zitstokken, of de parkietjes zijn teveel bevederd, het mannetje heeft te lange nagels, je parkietjes zijn niet in goede conditie, er is niet voldoende licht.

    3. Eitjes komen niet uit:
    Dit kan komen door een te grote droogte in het broedblok. Zorg dat de luchtvochtigheid goed is. De aanbevolen luchtvochtigheid is 55/65 procent. Een andere mogelijkheid is dat het embryo is afgestorven.

    4. Eitjes worden stuk gebeten:
    Dit komt helaas ook voor en deze parkietjes noemen we "eier-eters". Je kan na het leggen van de eitjes de eitjes weghalen je popje een vals ei geven waar ze dan in pikt. Als ze merkt dat ze dit niet stuk kan krijgen dan stopt ze ermee. Ze kan opnieuw met haar eigen eitjes beginnen te broeden. Vaak helpt dit. Als ze dit echter na dit blijft doen kun je het popje jammer genoeg niet meer laten broeden.

    5. De kleintjes worden niet gevoed:
    De kuikentjes moeten binnen de 12 uur gevoed worden door de pop, anders sterven ze. Het kan zijn dat het popje, als ze voor een eerste keer broedt, geen kropmelk heeft waardoor ze de kleintjes niet kan voeden. Het beste kun je dan de kleintjes onderbrengen bij een ander broedend koppeltje.

    6. De kleintjes worden gedood door een van de ouders:
    Dit kan komen door een popje dat te zenuwachtig is. Bij het mooi maken van haar blok, of door veranderingen kan ze dan de kleintjes doden. Soms doen popjes dit ook bij iets oudere kuikens, omdat ze opnieuw wil gaan broeden. Ook de man doodt soms de jongen!

    7. Kuikens groeien slecht of sterven:
    Kleintjes krijgen in het begin kropmelk dat heel eiwitrijk is, daarom is het ook heel belangrijk dat het popje extra eiwitten krijgt. Als er te weinig eiwitten in de kropmelk zitten groeien de kuikens niet goed. Ook kropontsteking kan een doodsoorzaak zijn. Een van de ouders draagt dan een bacterie bij zich die overgebracht wordt op de kuikens. Indien de weerstand van de jongen verzwakt is, kunnen ze sterven.

    8. Spreidpootjes:
    Spreidpootjes kunnen komen door een vitamine gebrek of door een popje dat te zwaar op de jongen ligt en dus eigenlijk het kleintje heeft platgedrukt. In de meeste omstandigheden kun je de spreidpootjes genezen door te zorgen voor voldoende vitaminen en door aan ieder pootje een ringetje te doen en deze te verbinden met een elastiekje zodat de pootjes niet meer uit elkaar kunnen. Dit moet dan een zevental dagen blijven zitten.

    9. Legnood:
    Legnood wil zeggen dat je parkietje haar eitje niet kan leggen. Dit kan komen door: - of eieren zonder kalkschaal (windei)
    - of te vochtige, tochtige behuizing
    - of het parkietje is te dik of te jong of te zwak
    - of door een plotselinge weersverandering
    - of door vitamine gebrek (verkeerde voeding)
    Een grasparkietje dat legnood heeft herken je aan het "opgeblazen en stilletjes" in een hoekje van de kooi op de bodem of op haar nestje zit. Met opgezette veertjes en met een hevige, hijgende ademhaling ziet zij er ziek en zielig uit. Ze zal weinig of helemaal niet meer eten.

    Het ringen van de kuikens

    Als de kuikens zeven dagen oud zijn kan een metalen nummer ring rond het pootje aangebracht worden. Kleurringen van plastic kunnen ook later aangebracht worden.
    De ring moet dan over het pootje worden geschoven. Het beste laat je dit doen door een ervaren kweker die je dan ook meteen kan tonen en uitleggen hoe het moet zonder teveel stress te veroorzaken voor de kleintjes.
    De ringen moeten de eerste dagen gecontroleerd worden, omdat de moedervogel (dit voor haar vreemde voorwerp) met de nodige handigheid zal proberen het te verwijderen. Ook is de controle nodig om te voorkomen dat er uitwerpselen tussen de ring en het pootje zouden terechtkomen. De ring zou dan aan het pootje kunnen vastkleven met als gevolg dat het ontstekingen kan veroorzaken.
    Het ringen van grasparkieten is niet verplicht maar wel handig. Je kunt aflezen van welk geboortejaar ze zijn, wie de ouders zijn, wie de kweker is, enz enz.
    Hobbykwekers ringen hun parkieten om inteelt te vermijden. De ringen zijn te koop bij vogelverenigingen.

    Tot slot

    Als je wilt beginnen met het kweken van grasparkieten zorg dan dat je voldoende ruimte, ervaring en kennis hebt. Kweken is niet altijd zo gemakkelijk als vaak staat beschreven. Het kan heel goed gaan maar er kan net zo vaak van alles fout gaan. Zoals al vaak is gezegd en geschreven: bezint eer ge begint!


    Geraadpleegde literatuur:
    Piet Onderdelinden: "De grasparkiet" (ISBN 90-5821-105-3)

    Enkele woorden van dank:
    Aan forumlid Annika voor het ter beschikking stellen van de mooie begeleidende foto's.

    De webmaster van "Parkieten-Freak!" wil Nancy hartelijk danken voor dit leerzame artikel.

    verzorging

    Verzorging

    Indien je besluit om grasparkieten binnenshuis te gaan houden, kun je de vogels het beste in de huiskamer plaatsen. Plaats een vogelkooi nooit in de keuken. Aan het gebruik van Teflon® (of soortgelijke) keukenatrributen kleven voor vogels ernstige gevaren. Daarnaast zijn bak- en braaddampen erg slecht voor de gezondheid een parkiet. Grasparkieten kun je het beste huisvesten in een hoge kooi met horizontale spijlen. Parkieten zijn van nature klauteraars en hebben behoefte aan klimmen. De kooi kun je het beste op ooghoogte neerzetten (of ophangen) op een tochtvrije plaats. Met name het laatste is belangerijk, omdat grasparkieten niet tegen tocht kunnen. Op de bodem van de kooi komt een laagje bodembedekker (schelpenzand, corbo) die minimaal 1 x per week helemaal ververst dient te worden. De houten zitstokken (geen plastic!) moeten het liefst verschillende diktes hebben. De nageltjes van de voor- en achter tenen mogen elkaar bij het omklemmen van de stok niet kunnen raken. Verder is het belangrijk dat de zandlade, zitstokken, etens- en drinkbakjes wekelijks heel goed schoongemaakt worden. Je kunt hiervoor gewoon afwasmiddel gebruiken, wel goed naspoelen met warm water. Een badje vinden veel grasparkieten fijn.

    Voerbakjes

    Let bij de aanschaf van de kooi ook op de voerbakjes. Het voerbakje op onderstaande foto is veel te diep. Er moet veel te veel parkietenzaad in omdat de parkiet er anders gewoonweg niet goed bij kan. Het opstapje voor het bakje is gevaarlijk: vooral jonge vogels hebben de neiging er tussendoor te kruipen, waardoor hij of zij klem komt te zitten. Dit laatste is goed te zien op de foto.


    Het voerbakje op de volgende foto is weliswaar wat minder diep, maar hier hebben de eigenaressen van grasparkiet Chico het opstapje af moeten zagen omdat ook dit vogeltje klem kwam te zitten.
    De voerbakjes van beide afgebeelde vogels zijn inmiddels vervangen door minder diepe bakjes. Het is aanbevelenswaardig dit soort bakjes uit de kooi te verwijderen omdat met name jonge grasparkieten in het (lege) voerbakje kruipen en vervolgens het risico lopen om klem te komen zitten.


    De onderstaande foto ontving ik van forumlid Maur@, en laat goed zien waartoe een grasparkiet in staat is.
    De vogel probeert als een echte Houdini uit zijn kooi te ontsnappen.
    Met de snavel wordt het schuifje onder het klepje heel behendig open gepeuterd.
    Maur@ heeft later tape over de bovenkant moeten doen, want wat de één deed zag de ander en deed het na.
    Tja, en dan kom je ineens allemaal losvliegende vogels in huis tegen!

    Speelgoed

    Speelgoed mag natuurlijk niet ontbreken in de kooi. Een grasparkiet in het wild zal zich niet snel vervelen. Voedsel zoeken, nestjes bouwen en broeden nemen al behoorlijk wat tijd in beslag. Onze kromsnavels in gevangenschap missen een groot aantal van deze zaken. We zullen ze vervangende activiteiten moeten aanbieden zodat zij zich kunnen vermaken. Verveling veroorzaakt nog al eens gedragsproblemen zoals verenpikken en dat moet ten alle tijde voorkomen worden.

    Speeltjes kunnen we aan de grasparkiet geven om hem te helpen zijn tijd te gezellig en nuttig te besteden. Vaak moeten de vogels even aan nieuwe speeltjes wennen. Het is belangrijk om op jonge leeftijd al speelgoed te geven. Als de jonge vogel opgroeit in een rijke, stimulerende omgeving zal dit hem of haar zeker ten goede komen.

    Bij de dierenwinkel zijn diverse artikelen te koop waar uw grasparkietje veel plezier van kan hebben. Wat ook erg leuk is, is een parkietenboom. Je neemt hiervoor een grote (niet giftige!!!) kamerplant, en hangt daar vogelspeelgoed in, zoals belletjes, trapjes, een spiegeltje, klimtouwen en een paar houten wasknijpers. Vaak wordt zo'n parkietenboom hét favoriete plekje buiten de kooi. Verder spelen kromsnaveltjes ook graag met lege toiletrolletjes, houten garenklosjes en lege luciferdoosjes. (Hiervan alleen de binnenbakjes geven!)

    parkieten

    De grasparkiet

    De grasparkieten die vandaag de dag bij ons in de huiskamer en in volières worden gehouden, stammen allemaal af van de wilde grasparkiet. Deze fraai gekleurde vogels komen oorspronkelijk uit Australië, waar ze in grote groepen rondtrekken. Het zijn echte nomaden die grote afstanden afleggen, op zoek naar voedsel. Op het menu van de grasparkiet staan de zaden van steppegrassen, die in het regenseizoen zeer snel groeien en bloeien. Wanneer de voorraad graszaden uitgeput is, trekken de vogels gezamenlijk weer verder.

    Broeden doen de wilde grasparkieten alleen als er voldoende voedsel aanwezig is. Het vrouwtje broedt dan 18 dagen op 3 tot 5 eitjes en de jongen verlaten het nest wanneer ze 30 tot 35 dagen oud zijn.

    De eerste wilde grasparkieten werden in het begin van de negentiende eeuw ontdekt. Rond 1840 werden de eerste vogels naar Engeland verscheept door J. Gould. De kleurige vogeltjes werden al snel razend populair bij het publiek en het duurde niet lang voordat deze kromsnaveltjes in heel Europa bekendheid verwierven. Rond 1850 zijn de eerste grasparkieten in Nederland gearriveerd, en tot op de dag van vandaag is het een bijzonder populaire vogelsoort. Deze vriendelijke vogeltjes verleiden ons niet alleen met hun fraaie uiterlijk en vrolijke gekwetter, ook hun sociale gedrag maakt hen gewaardeerde gezelschapsdieren.

    De grasparkiet als huisgenoot

    Indien je besloten hebt om een grasparkiet te gaan kopen, komt meteen de vraag om de hoek kijken: neem ik één of twee vogels? Als je weinig tijd hebt om aandacht aan de vogel(s) te besteden, neem dan altijd een koppeltje. Dat mogen gerust 2 mannetjes of 2 vrouwtjes zijn. Indien je besluit om één vogel te nemen, bedenk dan dat een solitair gehouden grasparkiet veel aandacht nodig heeft. Het gebrek aan een soortgenootje zal jij (of je huisgenoten) moeten compenseren. Parkieten zijn zeer sociale dieren die absoluut gezelschap en aandacht nodig hebben. Als je voor een koppeltje kiest, genieten de parkieten volop van elkaars gezelschap, en ook daar zul je veel plezier aan beleven.

    Grasparkieten zijn bij een goede verzorging en voeding over het algemeen gezonde dieren. Als huisdier is deze kleine kromsnavel gemakkelijk te houden. Ze hebben niet veel voedsel nodig en de maandelijkse kosten hiervoor zijn dan ook niet hoog.

    Het handig om iemand in je omgeving te zoeken (het liefst vóór u een parkiet aanschaft!) die bereid is voor je vogel(s) te zorgen tijdens vakanties en dergelijke. Het is altijd fijn om te weten dat iemand de verzorging van je over kan nemen, indien nodig.

    Kinderen en grasparkieten

    Deze kleurige, levenslustige vogeltjes oefenen een enorme aantrekkingskracht uit op kinderen. Parkieten zijn echter fragiel en kwetsbaar. Een vleugeltje of pootje is immers zo gebroken. Dit inzicht moet een kind onvoorwaardelijk hebben, alvorens we het de zorgen voor de grasparkiet kunnen toevertrouwen. Vanaf een jaar of zeven zijn kinderen in staat om -onder toeziend oog van een ouder weliswaar- hun gevleugeld vriendje te verzorgen. Realiseer echter wel dat een goede verzorging essentieël is voor een gezonde parkiet en dat je als ouders of verzorgers van het kind daar altijd de eindverantwoordelijkheid in draagt!